Monday, April 23, 2007

Oproep voor de Euromayday 2007, op 1 mei te Luik


Omdat werken vandaag onverbrekelijk is verbonden met onzekerheid, flexibiliteit, ontslagen en activeringsplannen voor mensen met een vervangingsinkomen.
Omdat de syndicale ordewoorden voor de 1 meifeesten en stoeten vast blijven zitten in een defensieve en nationale logika, in het vrijwaren van sociale verworvenheden die niet zijn aangepast aan de nieuwe realiteit van onze levens.
Omdat de productivistische illusie van de volledige werkgelegenheid het kind is van de suicidale mythe van de economische groei.
Omdat het liberalisme vrijheidsmoord is en zich overal weet binnen te dringen. Omdat het stukje bij beetje elk idee van openbare dienst kapot maakt. Omdat het met alle middelen onze geesten wil koloniseren. Omdat het één voor één onze rechten en onze manieren van leven wil vernietigen.
Omdat volksverhuizingen natuurlijk zijn. Omdat prikkeldraad, uniformen en kampen van het Fort Europa jaarlijks duizenden mannen, vrouwen en kinderen vermoorden.
Op deze 1ste mei overwoekeren wij de openbare ruimte met een nieuw elan, gekleurd, veelvormig en radikaal.

Wij, werkersters met of zonder papieren, verzamelaarsters van tijdelijke contracten, jongleurs van deeltijdse jobs en deeltijdse jongleurs, uitzendkrachten, met tussenpozen aan het werk gezet, studenten, leerjongeren en huisgenoten, gestrafte doppersters, slangemensen van het zwartwerk, activaplannen en dienstencheques, zelfstandigen in bijberoep, flexibel uit vrije wil of gedwongen, nomade uit verlangen of uit noodzaak, ongewone onderzoekers aan de grond, artiesten met of zonder statuut, onstnapt aan een leven van werk en dienstweigeraars van het salariaat, vrijwilligers en activisten van collectieve projecten, krakersters en andere specialisten van het heropeisen van openbare en privé ruimte…
Wij, een nieuwe sociale werkelijkheid in Europa, in het hart van de schepping van rijkdom, maar onzichtbaar voor de ogen van de macht…
Op deze 1ste mei tonen we dat we bestaan en dat we van mening verschillen…

En terwijl we de straat opeisen, eisen we alles op. Al onze verlangens, al onze levens… Wij eisen nieuwe europese rechten, vrij van elke marktlogica : het recht op een fatsoenlijke woning en fatsoenlijk eten ; het recht op een gezonde leefomgeving, op een schoon en voor iedereen toegankelijk transport, het recht op fietsen in een stad zonder angsten ; het recht op toegang tot en het voortbrengen van informatie, onderwijs en een diverse cultuur ; het recht om vrij kennis en gegevens uit te wisselen ; het recht op toegang tot een gezondheidszorg die we zelf kiezen ; het recht op toegang tot water en schone energie ; het recht om ons vrij te verplaatsen en te vestigen ; het recht om “families” te stichten en ons te verenigen zoals we willen ; het recht om deel te nemen aan het leven in de stad, om nieuwe openbare ruimtes te scheppen en nieuwe manieren van samenleven… En er is nog veel meer uit te vinden !

Wij durven te stellen dat een collectief engagement voor een proces van duurzame afname noodzakelijk is.
Wij durven te vechten voor de vrijheid van verkeer van personen over heel de wereld, en we zullen nooit aanvaarden dat mensen “illegaal” verklaard of opgesloten worden omwille van hun huidskleur of afkomst.
Wij durven de verbodslogica af te wijzen — of het nu gaat om drugs, culturele en sociale praktijken, of seksuele geaardheid — en we weigeren ons te laten controleren, filmen, ficheren, vervreemden.
Wij durven het recht te eisen op een vast en onvoorwaardelijk inkomen, niet als een aalmoes of bijstand, maar als een rechtvaardige herverdeling van de rijkdommen die we scheppen.
Wij durven met onze praktijken gestalte geven aan een horizontaler en democratischer sociaal systeem. Een systeem waar het immateriële, de dienst, het affectieve, het flexibel werken geen onderwerp uitmaken van uitbuiting en chantage. Wij durven dit alles, en we hebben tanden om te bijten en een mond om te schreeuwen.

Hiervoor kunnen jullie ons terugvinden op de 1ste mei, voor een politieke, open en veelzijdige carnavalstoet. Laat ons met onze dromen, onze slogans, onze verwezenlijkingen, onze vermommingen, onze muziek en onze buik… in een vrolijke razernij tegen uitsluiting, voor een paar uur de ruimte scheppen voor utopiën en plezier !

In het roze, in het rood, het zwart, groen en tegen alles, op 1 mei, in Luik zowel als in 20 andere europese steden, zullen we de arbeid een feestje brouwen ! Afspraak om 14u in de buurt van het Guillemins treinstation…

NO BORDER NO NATION STOP DEPORTATION !
RECLAIM FLEXICURITY NOT FLEXPLOITATION !
MayDay ! MayDay ! MayDay !

Thursday, April 5, 2007

Groen! is rood genoeg


door Rafa Grinfeld

In tegenstelling tot wat in nogal wat linkse kringen momenteel te horen is, vind ik dat de partij Groen! genoeg rode accenten legt. Waar Groen! volgens mij vooral nood aan heeft, is een meer sceptische houding tegenover de eigen tradities (een meer dan gewone interesse voor de “diepte-ecologie” van de Noorse filosoof Arne Naess, de christelijke inspiratie bij voorganger Agalev, partijdenken,...).

Wie vindt dat het spiritualistische gehalte bij Groen! te hoog is, heeft gelijk. De groene partij in Vlaanderen heeft al vanaf haar begin te kampen gehad met zweverig gepraat en wereldvreemde 'politieke' boodschappen. Eén van de mensen die daar in uitblonk was de oprichter van Agalev, pater Luc Versteylen, die later opzij werd geschoven door de Groenen. Toch heeft de groene partij steeds de christelijke inspiratie blijven behouden. En heeft ze ook in ruime mate inspiratie gezocht bij andere vormen van spiritualisme, zoals de diepte-ecologie.
De rode stroming heeft een aantal waardevolle bijdragen geleverd aan het bekampen van spiritualisme. De idee van Karl Marx dat godsdienst opium van het volk is, is daar niet vreemd aan. Anderzijds zien we in rode kringen momenteel veel aanzetten ontstaan om deze kloof met religie en spiritualiteit te overbruggen. We vinden dat bijvoorbeeld terug in de uitlopers van de marxistische bevrijdingstheologie in Latijns-Amerika, of in de christelijke overtuigingen van “trotskist” (ja, zo noemt hij zichzelf!) Hugo Chavez, de president van Venezuela. Zonder het belang van de materialistische levensbeschouwing als inspiratie in rode kringen te willen onderschatten, lijkt het mij eerlijk om de rode levenshouding niet langer als in grote mate losstaand van de spiritualistische overtuigingen te zien.
De rode stroming heeft dan ook altijd meer aandacht gehad voor economische ontwikkelingen en veranderingen (“we moeten de economische onderbouw vervangen, dan volgen vanzelf wel de ideologie en de moraal”), dan voor het veranderen van de mentaliteit bij mensen. Hierin verschilt ze van meer libertaire tendenzen binnen de linkerzijde, waarbinnen men jammer genoeg niet altijd evenveel aandacht had voor het veranderen van de onderbouw (de markteconomie bekampen en er uitgewerkte alternatieven tegenover stellen), maar wel in grote mate gericht was (en is) op het in vraag stellen van elke autoriteitsvorm, en dus ook morele en ideologische gezagsinstanties binnen het gezin, op de werkvloer, in scholen en kerken, enzovoort.
Bovendien heeft de rode stroming, net als de groene, weinig aandacht gehad voor het in vraag stellen van parlementarisme. Roden en Groenen verschilden in dit opzicht veel van libertaire socialisten of anti-autoritaire ecologisten. De libertaire stroming had vaak de neiging om elke vorm van parlementarisme als een schadelijke strategie te zien, het zou een praktijk zijn die niet alleen bewegingen doet degenereren tot stemmachines, maar ook centralisatie en machtsmisbruik in de hand werkt. Roden en Groenen kozen vaak voor een linkse zweepfunctie en een parlementaire oppositie die partijcampagnes financieel kon ondersteunen, doordat linkse parlementairen meer dan goed betaald werden voor hun werk door de overheid.
De rode en de groene stromingen hebben ook nooit het kapitalisme volledig verworpen. Vladimir I. Lenin omarmde bijvoorbeeld het staatskapitalisme (nadat hij de economie in de Sovjetunie niet genoeg op de sporen kreeg), Karl Marx zag de tijdens zijn leven steeds groter wordende impact van het kapitalisme in niet geringe mate als een noodzakelijk kwaad, en vele kopstukken van groene partijen weifelden bij het afkeuren van onrechtvaardige marktmechanismen.
Net zo goed weifelden Roden en Groenen soms bij het ondersteunen van antimilitaristische groeperingen en het sympathie uiten voor pacifisten. Lenin vond dienstweigering in zijn Sovjetunie absoluut niet kunnen, Marx was ook al niet vies van oorlog, en groene politici hebben soms een ambivalente houding gehad tegenover amorele wapenhandel (cfr. bijvoorbeeld de groene, voormalige minister Magda Aelvoet en de kwestie “Wapens voor Nepal?”).
Met andere woorden... groen en rood liggen dichter bij elkaar dan sommigen willen toegeven. Jaap Kruithof en andere marxisten hebben het (net als diepte-ecologisten) graag veel gehad over de problemen met “antropocentrisme”, een levenshouding waarbij de mens centraal staat in de gedachten. Antropocentrisme zou dan volgens hen in grote mate bijgedragen hebben tot de milieucrisis. Met andere woorden, marxisten zullen net als groenen gemakkelijk het probleem van samenlevingshiërarchieën over het hoofd zien. Zij zullen het valse idee creëren dat de mens (en zijn of haar gezondheid) herwaarderen niet dringend op de agenda staan.
In tegenstelling tot sociale ecologisten zullen roden en groenen niet snel wijzen op de samenhang tussen samenlevingsproblemen en milieuproblemen. Zij zullen minder snel wijzen op de historische en ecologisch schadelijke evoluties die samenlevingshiërarchieën – en het latere uiteindelijke ontstaan van het industrieel kapitalisme - met zich meebrachten. Ik denk hierbij vooral aan hiërarchieën volgens huidskleur en geslacht, klasse en leeftijd.
Roden hebben de neiging om de historische impact van deze hiërarchieën als bijkomstig te zien in het ontstaan van de milieucrisis. Zij zullen (terecht) wijzen op de problemen die het bedrijfsleven veroorzaakt, en het gebrek aan aandacht voor rood-groene en “radicaal-linkse” alternatieven aan de kaak stellen. Maar is Groen! achter in deze zaak? Heeft de partij ook al niet veel gewezen op de problemen die de bestaande bedrijven veroorzaken? Behoudt de groene partij niet terecht een zekere scepsis tegenover de idealisering van het rode gedachtegoed? Voor mij is het duidelijk : Groen! mag dan al niet genoeg sceptisch staan ten opzichte van markteconomisch denken, rood-groen is die partij meer dan genoeg.

Wat maakt iemand anarchistisch?

Volgens mij heeft het vooral met een gevoel te maken ergens bij te horen. Als men zich weinig thuis voelt in de anarchistische beweging gaat...