Een blog van Rafa Grinfeld, libertair en gericht op sociale, democratische en gemeentelijke vrijheden.
Monday, February 16, 2009
Bedenkingen aan de vooravond van de @lternatieve boekenbeurs
Zaterdag is er het belangrijkste links-libertaire evenement van het jaar in België. De @lternatieve boekenbeurs in Gent trekt al jaren zonder problemen meer dan honderden duidelijk geïnteresseerde bezoekers, en ik verwacht niet dat het dit jaar anders zal zijn.
Voor wie deze beurs nog nooit bezocht heeft is ze meer dan aan te raden, of men er nu libertaire opvattingen op nahoudt of niet. Men vindt er literatuur in vele talen en hoeveelheden, sprekers laten tijdens infosessies weten wat er momenteel allemaal leeft in de libertaire kringen van Europa.
Toch moeten we eerlijk blijven : de anti-autoritaire beweging blijft enorm klein, de doelstellingen ervan zijn regelmatig vaag en de onenigheden tussen de groepen en individuen die er deel van uitmaken blijven. Een heterogeniteit is er aan inherent geworden die zijn voordelen heeft (ik zou het immers ook rijke diversiteit kunnen noemen), maar heeft vooral tot gevolg gehad dat de beweging klein bleef, voor buitenstaanders leek de beweging immers te vaak op een zootje al te ongeregeld dat moeilijk begrijpbaar was. En veel van diegenen die er deel van hebben uitgemaakt zijn of waren de marge meer dan beu. Een aantal van hen heeft de beweging ontgoocheld verlaten of is nog nauwelijks actief met de ideeën ervan bezig.
Ooit was deze beweging veel groter, lag ze mee aan de basis van revoluties (bijvoorbeeld in Spanje, 1936!) en sprak ze veel arbeiders en armen aan. Maar die tijden zijn lang vervlogen. Is dit een pleidooi voor een terugkeer naar toen? Zeker niet, als het al zou kunnen om de klok van de tijd terug te draaien dan nog kunnen we niet om het feit heen dat interessante revoluties waar anti-autoritaire mensen aan mee hebben gewerkt uiteindelijk in mislukkingen zijn uitgemond, of het nu om de bureaucratisering van de Sovjetunie of de lange dictatuur in Spanje gaat... anarchisten (Makhnovisten, syndicalisten en anderen) hebben niet hun stempel kunnen blijven drukken op hun tijd.
Als voorbereiding voor dit evenement en de discussies die er zullen plaatsvinden stel ik dan ook aan allen voor om de volgende tekst te lezen : The Ghost of Anarcho-Syndicalism van Murray Bookchin. Nee, er is nog geen vertaling in het Nederlands. Maar in een multicultureler wordend België is het Engels niet alleen een belangrijker wordende taal, het is sowieso ook de taal die ons momenteel het beste in staat stelt om onze strijd te internationaliseren, vermits ze ons toelaat om met gelijkgezinden van over de hele wereld te communiceren.
Er vindt zaterdag in Gent om 17u een panelgesprek plaats met mensen van Worker's Solidarity Movement (Ierland), SAC (Zweedse anarchistische vakbond, o.v.) en CNT-AIT Lille over anarchisme en syndicale strijd. De door mij voorgestelde tekst om te lezen dateert uit 1992 maar blijft actueel, en niet alleen omdat hij zopas in het Fins vertaald werd. Het is de beste kritische tekst die ik ken om de geschiedenis van het anarcho-syndicalisme te proberen begrijpen als libertair iemand. Hoe de syndicale strijd vandaag door anarchisten gevoerd wordt zal duidelijker worden tijdens het panelgesprek.
The Ghost of Anarcho-Syndicalism is hier te vinden.
Monday, February 2, 2009
Voor een linkse strijd tegen antisemitisme
Met de kritiek op de staat Israël en haar beleidsmakers komt ook de strijd tegen antisemitisme in het daglicht te staan. In de media werpen een aantal mensen van de rechterzijde in Vlaanderen zich op als behoeders van deze strijd.
Daarbij trommelt een bepaald deel van de rechterzijde vooral Joodse mensen op. Zij lijken de beste waarborg te kunnen geven voor een rechts imago dat weinig met discriminatie geassocieerd wordt, vermits het om mensen gaat die zelf regelmatig gediscrimineerd worden op het vlak van “etnische afkomst” en vooral in de media willen komen als behoeders van de strijd tegen antisemitisme.
Maar jammer genoeg is het zo dat Claude Marinower van de Open Vld en de mensen van het tijdschrift Joods Actueel niet veel begrijpen van hoe de strijd tegen antisemitisme aangepakt moet worden. Door zich in grote mate te keren tegen niet als racistisch bedoelde humor die bepaalde vormen van Joods gedrag op de korrel neemt, maken ze de strijd tegen het antisemitisme (en de andere vormen van racisme) minder populair. Als alles wat een beetje naar discriminatie ruikt meteen in het racistisch of quasi-racistisch verdomhoekje gezet wordt, wordt het des te moeilijk om mensen warm te maken voor deze strijd. Het wordt immers moeilijker om uit te leggen waarom antiracisme belangrijk is.
Dat de strijd tegen antisemitisme allesbehalve aan leden van rechts overgelaten mag worden is duidelijk. Jodenhaat vormt één van de hoekstenen van het Nationaal-socialisme en is één van de beste historische illustraties van dat waartoe racisme allemaal leiden kan, een eeuwenlange haat en vervolging die culmineerde in de verschrikkingen van Auschwitz en andere concentratiekampen. Het antisemitisme is ongeveer even gevaarlijk als haat tegenover kleurlingen. Het is zeker niet een vorm van racisme die opnieuw de kop kan opsteken, het is gewoon dagdagelijkse realiteit in bepaalde kringen. Neo-nazis gebruiken het bijvoorbeeld in grote mate om hun eigen populariteit op te krikken. Politici als Bart De Wever en Jean-Marie Dedecker verzuimen in grote mate het kritiek uiten op vormen van antisemitisme om stemmen te kunnen afsnoepen van het Vlaams Belang.
Binnen links is er al te vaak nogal mak gereageerd op uitingen van antisemitisme. En het ging verder dan dat. Fourier bijvoorbeeld zag Joden als de incarnatie van kapitalisme en karakteriseerde ze als onproduktief, parasitair, bedrog- en verraadvol. Blanqui zag het Judaïsme als oorzaak van een in zijn ogen nog ergere corruptie : Katholicisme.
Pierre-Joseph Proudhon, die bekend staat als grondlegger van het anarchisme, ging nog verder. Van alle gedachten die hij formuleerde, behoren die over de Joden tot de meest ongelukkige. Niet alleen portretteerde hij “de Jood” als de incarnatie van financieel kapitalisme, hij zag hem ook als de vijand van “het menselijk ras”, dat teruggestuurd moest worden naar Azië ofwel uitgeroeid moest worden.
Zo'n uitspaken hebben niets gemeen met de vele interessante opvattingen van sociaal-anarchisten, maar rijmen wel met het parochiaal provincialisme van Proudhon en zijn bekrompen opvattingen over de rol van de vrouw in de samenleving. Bovendien sluiten deze racistische ideeën aan bij de antisemitische opvattingen van de “rechtse anarchist” en schrijver Céline, en de strijd van de (reactionaire) Nationaal-anarchisten, die zich deels beroepen op de ideeën van Proudhon.
Toen de libertaire Mikhail Bakoenin in de 19de eeuw in een hevige strijd verwikkeld geraakte met “de autoritaire” Karl Marx binnen de Eerste Internationale ( een strijd die eindigde met het vertrek van Bakoenin en zijn sympathisanten), had hij nog weinig goede woorden over voor de van Joodse afkomst zijnde Marx, die volgens Bakoenin solidair was met reactionaire Joden. Marx van zijn kant beschuldigde Bakoenin er van er antisemitische opvattingen op na te houden.
Veel later zou de van oorsprong trotskistische schrijver Josef Weber een breuk veroorzaken met zijn leerling Murray Bookchin. Toen Weber na WOII begon te goochelen met de cijfers van de immens grote Jodenvervolging door de Nazi's en opperde dat er geen bewijs was voor de gaskamers, werd zijn kleinburgerlijk antisemitisme duidelijk voor Bookchin. Het resulteerde voor de libertaire Murray Bookchin meteen ook in een definitieve breuk met het trotskisme.
Links is niet immuun voor antisemitische opvattingen, maar is er wel veel meer tegen bestand dan rechts en zeker extreem-rechts. Dat er rechtse mensen zijn die ons nu willen doen geloven dat elke kritiek op de staat Israël en haar beleidsmakers veel met antisemitisme te maken heeft moet ons bezorgd maken over de toekomst van de brede antiracistische beweging. Binnen die beweging hebben zich als links outende grappenmakers en Bert Anciaux trouwens meer een plaats dan Claude Marinower en Jean-Marie Dedecker, politici die weinig doen om een einde te maken aan de discriminatie van niet-blanken door blanken, integendeel.
Daarbij trommelt een bepaald deel van de rechterzijde vooral Joodse mensen op. Zij lijken de beste waarborg te kunnen geven voor een rechts imago dat weinig met discriminatie geassocieerd wordt, vermits het om mensen gaat die zelf regelmatig gediscrimineerd worden op het vlak van “etnische afkomst” en vooral in de media willen komen als behoeders van de strijd tegen antisemitisme.
Maar jammer genoeg is het zo dat Claude Marinower van de Open Vld en de mensen van het tijdschrift Joods Actueel niet veel begrijpen van hoe de strijd tegen antisemitisme aangepakt moet worden. Door zich in grote mate te keren tegen niet als racistisch bedoelde humor die bepaalde vormen van Joods gedrag op de korrel neemt, maken ze de strijd tegen het antisemitisme (en de andere vormen van racisme) minder populair. Als alles wat een beetje naar discriminatie ruikt meteen in het racistisch of quasi-racistisch verdomhoekje gezet wordt, wordt het des te moeilijk om mensen warm te maken voor deze strijd. Het wordt immers moeilijker om uit te leggen waarom antiracisme belangrijk is.
Dat de strijd tegen antisemitisme allesbehalve aan leden van rechts overgelaten mag worden is duidelijk. Jodenhaat vormt één van de hoekstenen van het Nationaal-socialisme en is één van de beste historische illustraties van dat waartoe racisme allemaal leiden kan, een eeuwenlange haat en vervolging die culmineerde in de verschrikkingen van Auschwitz en andere concentratiekampen. Het antisemitisme is ongeveer even gevaarlijk als haat tegenover kleurlingen. Het is zeker niet een vorm van racisme die opnieuw de kop kan opsteken, het is gewoon dagdagelijkse realiteit in bepaalde kringen. Neo-nazis gebruiken het bijvoorbeeld in grote mate om hun eigen populariteit op te krikken. Politici als Bart De Wever en Jean-Marie Dedecker verzuimen in grote mate het kritiek uiten op vormen van antisemitisme om stemmen te kunnen afsnoepen van het Vlaams Belang.
Binnen links is er al te vaak nogal mak gereageerd op uitingen van antisemitisme. En het ging verder dan dat. Fourier bijvoorbeeld zag Joden als de incarnatie van kapitalisme en karakteriseerde ze als onproduktief, parasitair, bedrog- en verraadvol. Blanqui zag het Judaïsme als oorzaak van een in zijn ogen nog ergere corruptie : Katholicisme.
Pierre-Joseph Proudhon, die bekend staat als grondlegger van het anarchisme, ging nog verder. Van alle gedachten die hij formuleerde, behoren die over de Joden tot de meest ongelukkige. Niet alleen portretteerde hij “de Jood” als de incarnatie van financieel kapitalisme, hij zag hem ook als de vijand van “het menselijk ras”, dat teruggestuurd moest worden naar Azië ofwel uitgeroeid moest worden.
Zo'n uitspaken hebben niets gemeen met de vele interessante opvattingen van sociaal-anarchisten, maar rijmen wel met het parochiaal provincialisme van Proudhon en zijn bekrompen opvattingen over de rol van de vrouw in de samenleving. Bovendien sluiten deze racistische ideeën aan bij de antisemitische opvattingen van de “rechtse anarchist” en schrijver Céline, en de strijd van de (reactionaire) Nationaal-anarchisten, die zich deels beroepen op de ideeën van Proudhon.
Toen de libertaire Mikhail Bakoenin in de 19de eeuw in een hevige strijd verwikkeld geraakte met “de autoritaire” Karl Marx binnen de Eerste Internationale ( een strijd die eindigde met het vertrek van Bakoenin en zijn sympathisanten), had hij nog weinig goede woorden over voor de van Joodse afkomst zijnde Marx, die volgens Bakoenin solidair was met reactionaire Joden. Marx van zijn kant beschuldigde Bakoenin er van er antisemitische opvattingen op na te houden.
Veel later zou de van oorsprong trotskistische schrijver Josef Weber een breuk veroorzaken met zijn leerling Murray Bookchin. Toen Weber na WOII begon te goochelen met de cijfers van de immens grote Jodenvervolging door de Nazi's en opperde dat er geen bewijs was voor de gaskamers, werd zijn kleinburgerlijk antisemitisme duidelijk voor Bookchin. Het resulteerde voor de libertaire Murray Bookchin meteen ook in een definitieve breuk met het trotskisme.
Links is niet immuun voor antisemitische opvattingen, maar is er wel veel meer tegen bestand dan rechts en zeker extreem-rechts. Dat er rechtse mensen zijn die ons nu willen doen geloven dat elke kritiek op de staat Israël en haar beleidsmakers veel met antisemitisme te maken heeft moet ons bezorgd maken over de toekomst van de brede antiracistische beweging. Binnen die beweging hebben zich als links outende grappenmakers en Bert Anciaux trouwens meer een plaats dan Claude Marinower en Jean-Marie Dedecker, politici die weinig doen om een einde te maken aan de discriminatie van niet-blanken door blanken, integendeel.
Subscribe to:
Posts (Atom)
Wat maakt iemand anarchistisch?
Volgens mij heeft het vooral met een gevoel te maken ergens bij te horen. Als men zich weinig thuis voelt in de anarchistische beweging gaat...
-
door Murray Bookchin Dit is één van Murray's laatste teksten, deze zomer stierf hij na een lang leven van toegewijd links activisme en v...
-
Dit is een tekst die in 2005 en net voor de dood van de neo-nazi Bert Eriksson geschreven werd. Het gaat om een moderne geschiedschrijving v...
-
”Geen politici, enkel politiek”, dat idee vormt de basis voor een Alternatieve politieke week tijdens de tweede week van juli in het zuidoos...