Monday, February 2, 2009

Voor een linkse strijd tegen antisemitisme

Met de kritiek op de staat Israël en haar beleidsmakers komt ook de strijd tegen antisemitisme in het daglicht te staan. In de media werpen een aantal mensen van de rechterzijde in Vlaanderen zich op als behoeders van deze strijd.
Daarbij trommelt een bepaald deel van de rechterzijde vooral Joodse mensen op. Zij lijken de beste waarborg te kunnen geven voor een rechts imago dat weinig met discriminatie geassocieerd wordt, vermits het om mensen gaat die zelf regelmatig gediscrimineerd worden op het vlak van “etnische afkomst” en vooral in de media willen komen als behoeders van de strijd tegen antisemitisme.
Maar jammer genoeg is het zo dat Claude Marinower van de Open Vld en de mensen van het tijdschrift Joods Actueel niet veel begrijpen van hoe de strijd tegen antisemitisme aangepakt moet worden. Door zich in grote mate te keren tegen niet als racistisch bedoelde humor die bepaalde vormen van Joods gedrag op de korrel neemt, maken ze de strijd tegen het antisemitisme (en de andere vormen van racisme) minder populair. Als alles wat een beetje naar discriminatie ruikt meteen in het racistisch of quasi-racistisch verdomhoekje gezet wordt, wordt het des te moeilijk om mensen warm te maken voor deze strijd. Het wordt immers moeilijker om uit te leggen waarom antiracisme belangrijk is.

Dat de strijd tegen antisemitisme allesbehalve aan leden van rechts overgelaten mag worden is duidelijk. Jodenhaat vormt één van de hoekstenen van het Nationaal-socialisme en is één van de beste historische illustraties van dat waartoe racisme allemaal leiden kan, een eeuwenlange haat en vervolging die culmineerde in de verschrikkingen van Auschwitz en andere concentratiekampen. Het antisemitisme is ongeveer even gevaarlijk als haat tegenover kleurlingen. Het is zeker niet een vorm van racisme die opnieuw de kop kan opsteken, het is gewoon dagdagelijkse realiteit in bepaalde kringen. Neo-nazis gebruiken het bijvoorbeeld in grote mate om hun eigen populariteit op te krikken. Politici als Bart De Wever en Jean-Marie Dedecker verzuimen in grote mate het kritiek uiten op vormen van antisemitisme om stemmen te kunnen afsnoepen van het Vlaams Belang.

Binnen links is er al te vaak nogal mak gereageerd op uitingen van antisemitisme. En het ging verder dan dat. Fourier bijvoorbeeld zag Joden als de incarnatie van kapitalisme en karakteriseerde ze als onproduktief, parasitair, bedrog- en verraadvol. Blanqui zag het Judaïsme als oorzaak van een in zijn ogen nog ergere corruptie : Katholicisme.
Pierre-Joseph Proudhon, die bekend staat als grondlegger van het anarchisme, ging nog verder. Van alle gedachten die hij formuleerde, behoren die over de Joden tot de meest ongelukkige. Niet alleen portretteerde hij “de Jood” als de incarnatie van financieel kapitalisme, hij zag hem ook als de vijand van “het menselijk ras”, dat teruggestuurd moest worden naar Azië ofwel uitgeroeid moest worden.
Zo'n uitspaken hebben niets gemeen met de vele interessante opvattingen van sociaal-anarchisten, maar rijmen wel met het parochiaal provincialisme van Proudhon en zijn bekrompen opvattingen over de rol van de vrouw in de samenleving. Bovendien sluiten deze racistische ideeën aan bij de antisemitische opvattingen van de “rechtse anarchist” en schrijver Céline, en de strijd van de (reactionaire) Nationaal-anarchisten, die zich deels beroepen op de ideeën van Proudhon.

Toen de libertaire Mikhail Bakoenin in de 19de eeuw in een hevige strijd verwikkeld geraakte met “de autoritaire” Karl Marx binnen de Eerste Internationale ( een strijd die eindigde met het vertrek van Bakoenin en zijn sympathisanten), had hij nog weinig goede woorden over voor de van Joodse afkomst zijnde Marx, die volgens Bakoenin solidair was met reactionaire Joden. Marx van zijn kant beschuldigde Bakoenin er van er antisemitische opvattingen op na te houden.
Veel later zou de van oorsprong trotskistische schrijver Josef Weber een breuk veroorzaken met zijn leerling Murray Bookchin. Toen Weber na WOII begon te goochelen met de cijfers van de immens grote Jodenvervolging door de Nazi's en opperde dat er geen bewijs was voor de gaskamers, werd zijn kleinburgerlijk antisemitisme duidelijk voor Bookchin. Het resulteerde voor de libertaire Murray Bookchin meteen ook in een definitieve breuk met het trotskisme.
Links is niet immuun voor antisemitische opvattingen, maar is er wel veel meer tegen bestand dan rechts en zeker extreem-rechts. Dat er rechtse mensen zijn die ons nu willen doen geloven dat elke kritiek op de staat Israël en haar beleidsmakers veel met antisemitisme te maken heeft moet ons bezorgd maken over de toekomst van de brede antiracistische beweging. Binnen die beweging hebben zich als links outende grappenmakers en Bert Anciaux trouwens meer een plaats dan Claude Marinower en Jean-Marie Dedecker, politici die weinig doen om een einde te maken aan de discriminatie van niet-blanken door blanken, integendeel.

Wat maakt iemand anarchistisch?

Volgens mij heeft het vooral met een gevoel te maken ergens bij te horen. Als men zich weinig thuis voelt in de anarchistische beweging gaat...