Friday, June 29, 2007

De wortels van Demalt in Zweden


Jakob en Svante op een bijeenkomst van Demalt, respectievelijk derde en vierde van links.


Svante Malmström (31) en Jakob Zethelius (25) waren zo vriendelijk mij een slaapplaats aan te bieden in hun klein en nederig appartement te Göteborg. Ik verbleef er meer dan vijf dagen, en voordat ik terug richting België vertrok deed ik nog een lang interview met hen.


"Natiestaten worden niet bestuurd volgens de belangen van 'de mensen' of het algemeen welzijn. Het kan er op lijken dat het zo is wanneer staten belastingen innen en verschillende publieke werken financieren, of wanneer staten wetgevingen invoeren om het milieu te beschermen. Maar, dit zijn niets anders dan pogingen om een compensatie te vinden voor de destructieve effecten van een markteconomie die natiestaten fundamenteel verdedigen." - Jonathan Korsar


Svante werkt voor een mindervalide persoon en Jakob is, zoals veel andere leden van de libertaire vakbond SAC, taxichauffeur. Al op jonge leeftijd geraakten ze geïnteresseerd in libertair links. Beiden waren ze toen actief bij Fältbiologerna, een organisatie die als twee druppels water lijkt op de Belgische jeugdorganisatie JNM. Ook Fältbiologerna houdt zich bezig met milieustudie en doet acties voor milieubescherming. “We gingen samen kruispunten bezetten”, zegt Svante. “Het was de tijd dat ik ook veel met antifascisme en acties tegen pornowinkels bezig was. Die acties tegen porno bestonden uit het spuiten van graffiti en lijm in het slot van pornowinkels.” Later ging Svante ook werken voor Fältbiologerna.

“Tijdens mijn studies aan een volkshogeschool leerde ik Jonathan Korsar kennen. Hij introduceerde me tot de ideëen van de sociale ecologie. We werden al snel vrienden en besloten om samen naar het Institute for Social Ecology in de Verenigde Staten te trekken. Het zomerprogramma van deze school (in het noorden van de VS) stond me erg aan, net zoals de ideëen van Jonathan. We interviewden ook een aantal van de lesgevers : Brian Tokar, Cindy Milstein, Chaia Heller en Daniel Chodorkoff. En er waren de interviews met Murray Bookchin, waar we veel mee praatten.”
Ook Murray Bookchin gaf les aan het Institute for Social Ecology. Hij leverde veel van de ideëen, zoals die van de politieke weg die veel Sociale Ecologisten insloegen. Bookchin noemde deze weg libertair municipalisme, daarin wordt de nadruk gelegd op de gemeente als locus voor verandering, en gepleit voor een electoraal politiek verlengstuk aan een libertaire beweging.
Svante : “Dat idee van deelname aan gemeenteraadsverkiezingen stond me in het begin niet aan. Ook de toon van Murray beviel me niet. Ik had voor mijn bezoek aan de VS een boek van Bookchin gelezen. Daarin waren een aantal van zijn vroege teksten gebundeld en vertaald in het Zweeds. In het Engels vind je ze trouwens terug in de boeken Post-scarcity anarchism en Toward an ecological society.”

Maar de ervaringen in de VS hielpen Svante van mening veranderen. Hij nam er deel aan een conferentie over libertair municipalisme en ontmoette er, een jaar na ik (naar aanleiding van een gelijkaardige conferentie in Lissabon), de Noren Eirik Eiglad en Sveinung Legard. Het was de tijd waarin de eerste bouwstenen gelegd werden voor Demalt, een Scandinavische organisatie die, weliswaar onopgemerkt, nogal wat heeft veranderd binnen de libertaire kringen van Scandinavië : met eigen tijdschriften en een uitgeverij, met veel studiegroepbijeenkomsten en ook... uitgewerkte programma's voor het bereiken van rechtstreekse democratie. Er is zelfs een deelname gepland aan de gemeenteraadsverkiezingen in Oslo later dit jaar, Demalt wil de gemeenteraad van binnenuit uithollen om er volxvergaderingen voor in de plaats te krijgen. “Een jaar nadat Jonathan en ik in de VS waren werd Democratisch Alternatief (Demalt) gelanceerd. Jonathan deed er aan mee, en daarna ik ook.”
Jakob zou pas veel later aansluiting vinden bij Demalt. “Bij mij begon de politieke bewustwording pas midden jaren negentig met de interesse voor punkmuziek, als jonge tiener. En niet alleen linkse politiek stond me aan, ook ecologische ideëen. Ik woonde in een stad van slechts dertigduizend inwoners, er gebeurde daar dus niet zoveel. Maar toen ik zeventien werd begon de SAC er met een lokale syndicalistische jongerengroep, net als de Linkse Partij. Ik wist niet goed wat van de twee te kiezen, dus koos ik maar voor de milieuorganisatie Fältbiologerna, die vanuit verschillende hoeken beïnvloed werd. Twee weken later stond er daarvan een lokale jeugdafdeling op poten.”

Jakob was ook geïnteresseerd in dierenrechten. Als reactie op een aantal mainstreamgroepen die met dierenrechten bezig waren, ontstonden er illegale actiegroepen die deden aan het bevrijden van nertsen en kippen. De ruiten van dierenwinkels gingen aan diggelen en vrachtwagens gingen op in vlammen. “Ik deed daar dus allemaal niet aan mee”, zegt Jakob, “veel meer dan flyers voor dierenrechten uitdelen deed ik niet, maar het hielp wel mee aan mijn politieke bewustwording om in radicalere dierenrechtenkringen actief te zijn. Later ging ik ook naar de grote protesten tijdens topbijeenkomsten van de EU etcetera : Praag (2000), Göteborg (2001), Kopenhagen (2003)... Eigenlijk was ik in veel dingen tegelijkertijd geïnteresseerd.”
De conferentie over libertair municipalisme (LM) in Lissabon, en het net daarvoor verschenen boek van Janet Biehl over LM had, in navolging van een handvol Noren die er naartoe trokken, ook de interesse gewekt van Zweden. De tekst van de lezing die Janet Biehl er gaf werd in het Zweeds vertaald. “Een vriend van me had het boekje”, vertelt Jakob, “en ik begon het ook te lezen. Ik vond het erg interessant. Ik vond meerdere tema's binnen links boeiend en die werden bijeengebracht in dat boekje. Ik was met bijna alles akkoord, behalve die idee van een militie die het politie-apparaat moest vervangen. Ik stond erg sceptisch tegenover elk gebruik van geweld. Maar daarna begon ik ook dit idee van een rechtstreeks-democratisch gecontroleerde militie te appreciëren.” Jakob las enkele jaren later ook het boek over LM van Biehl. In 2002 ging hij bovendien naar een zomerkampweek van Demalt, samen met bijna vijftig andere mensen. En hij las regelmatig het tijdschrift van Demalt..

“Er waren ook wat plannen voor een studiegroep die met dit tema aan de slag zou gaan, maar daar kwam weinig van in huis. Ik bleef ook in kleine steden wonen. Het veranderde pas toen ik vier jaar geleden in Göteborg kwam wonen. Ik was nog altijd actief bij Fältbiologerna. Svante gaf er eens een lezing over sociale ecologie, en ik kende hem van op het zomerkamp. Er vonden alternatieve politieke weken in Visby elke zomer plaats, waar ik leden van Demalt ontmoette. In 2004 werd ik daar dan zelf ook lid van.” Svante geeft regelmatig tekenen van herkenning. “Misschien was ik niet gemotiveerd genoeg om Jakob eerder erbij te betrekken”, verontschuldigt hij zich. “Er gebeurde in Gôteborg niet veel meer voor onze groep.”
Ik wil weten hoe de alternatieve vakbond SAC reageerde op Demalt. Svante : “Er zijn enkele debatten geweest toen we de organisatie lanceerden. Er was de dierenrechtenactivist Per-Anders Svärd die enkele dingen schreef om het communalisme van Demalt te verdedigen tegenover andere stromingen. Maar de SAC negeerde het allemaal wat. Soms zullen die mensen het zelfs bestrijden vanuit een arbeidersklassestandpunt. Partijen negeerden het allemaal nog vaker dan de SAC.” Volgens Jakob is het niet ongewoon dat nieuwe libertaire groepen weinig reacties opleveren. Pas als ze groter worden gebeurt dat bij de SAC. Svante : “Sommigen vonden het wel arrogant denk ik, dat we met die nieuwe ideologie op de proppen kwamen. Syndicalisten refereren niet vaak naar denkers, daarin verschillen ze van de communalisten van Demalt en de autonome marxisten.” Jakob zegt dat er verschillende libertaire groepjes het licht zien in Zweden, maar dat die vaak niet lang blijven bestaan. “Er is bijvoorbeeld ook de groep Alarm, die nogal geïnspireerd is door het insurrectionalisme.”

Ze menen in elk geval allebei dat er een verrechtsing aan de gang is in Zweden. “Misschien is die niet zo groot, maar toch...” Svante is duidelijk ontgoocheld in de sociaal-democraten, die naar rechts zijn opgeschoven. Jakob zegt: “Er zijn ook de aanvallen in de grote media geweest op de Linkse partij, en het communisme dat er inherent aan is. Dat heeft bijgedragen tot de verrechtsing. Lange tijd heeft men beweerd dat de sociaal-democraten hier het land regeerden, maar dat lijkt nu een afgesloten hoofdstuk te zijn. Ooit behaalden ze met gemak de meerderheid van de stemmen, nu nog maar een derde van de stemmen.”
Maar... is er dan een opening naar libertair links toe? Jakob : “Met de andersglobalisatieprotesten kwam er wel een debat op gang over links en geweld, en meer bewustzijn over de economische globalisering. De interesse voor niet-communistisch links is misschien wel groter dan vroeger.” Of ze er dan akkoord mee zouden gaan als ik zou zeggen dat die ontwikkelingen misschien gestopt zijn na 11 september 2001? Svante : “Het valt allemaal moeilijk in te schatten. Bij jongeren ziet men in elk geval een polarisatie ontstaan. Er is veel sympathie voor wat buiten het centrum te situeren is, zowel links als rechts. En ook de Groene partij is populair bij veel jongeren.”

Hoe verhoudt het communalisme zich volgens hen tot het feminisme? Jakob : “We moeten de feministen steunen, maar we streven naar algemene hiërarchieloosheid. Communalisme lijkt me de beste weg om een sociale samenleving te verkrijgen.” Svante vindt dat de feministische beweging een goede politieke benadering moet hebben. “Wanneer ze die nu heeft, is het vaak allemaal nogal traditioneel. Het gaat dan om Socialisme of Liberalisme. Dat gaat echter geen hiërarchieloze samenleving met zich meebrengen.” Zijn communalisten dan meer geïnteresseerd in feminisme dan omgekeerd? Er wordt gelachen, en het wordt door beiden beaamd. “Er moet aan gewerkt worden, aan het meer bereiken van feministes. We zijn ook veel met andere dingen bezig geweest. De SAC is meer suksesvol geweest in die materie. Ze hebben er lang aan zitten werken. In hun tijdschrift Arbetaren proberen ze een evenwicht te bereiken tussen mannen en vrouwen, en is feminisme wel degelijk een tema.”

Het is me opgevallen dat er over gevangenissen niet veel gezegd wordt door communalisten. Ik vraag hoe dat volgens hen komt. Jakob : “Het is één ding om te zeggen dat gevangenissen geen oplossingen vormen voor problemen. En dat wordt ook ondersteund door sociologische studies. Maar de samenleving moet wel reageren op geweld dat niet door de beugel kan.” Volgens Svante kan men niet zomaar zeggen dat men alle gevangenen vrij moet laten. “Maar je moet naar een samenleving streven waarin je geen gevangenen meer hebt. Zo'n samenleving is mogelijk. En ik geloof ook niet zo in straffen.”
Maar wanneer is die heel andere samenleving dan mogelijk? Jakob : “Er kunnen onverwachte dingen snel gaan gebeuren, met de economische instabiliteit van nu en de ecologische crisis en zo. Als we, de mensen, georganiseerd kunnen geraken en tot educatie van onszelf en anderen, dan kunnen er ook dingen snel gaan veranderen.” Volgens Svante leven we nu wel in reactionaire tijden. “Dus we zijn er nog niet erg op voorbereid om grote veranderingen te verwezenlijken. Bovendien hebben we goede regels nodig, dat wil ik toch nog eens benadrukken.”

Wat maakt iemand anarchistisch?

Volgens mij heeft het vooral met een gevoel te maken ergens bij te horen. Als men zich weinig thuis voelt in de anarchistische beweging gaat...